Inhoudsopgave
44 relaties: Actief transport, Adenine, Aminozuur, Anabolisme, Autotroof, Cel (biologie), Celkern, Codon, Condensatiereactie, Cytoplasma, Cytosine, Eiwitcomplex, Eiwitstructuur, Eiwitten, Eiwitvouwing, Endoplasmatisch reticulum, Eukaryoten, Fysiologie, Genetische code, Golgicomplex, Guanine, Haar (zoogdier), Hemoglobine, Heterotroof, Hydrolyse, Keratine, Kernporie, Messenger-RNA, Nagel (anatomie), Nucleobase, Organel, Organisme, Polycondensatie, Posttranslationele modificatie, Ribosoom, Rode bloedcel, Sequentie (biologie), Spijsvertering, Startcodon, Stopcodon, Transcriptie (biologie), Translatie (biologie), Uracil, Voedsel.
- Proteïne
Actief transport
Passief actief transport in een cel Actief transport is het gemedieerde ('actief bevorderde') transport van biochemische en andere atomaire/moleculaire substanties door cel- en kernmembranen heen.
Bekijken Eiwitsynthese en Actief transport
Adenine
Adenine is een van de nucleobasen in DNA en RNA.
Bekijken Eiwitsynthese en Adenine
Aminozuur
Algemene structuur van α-aminozuren. De R staat voor residu-groep Een aminozuur is een organische verbinding die zowel een carboxygroep (-COOH) als een aminegroep (-NH2) bezit.
Bekijken Eiwitsynthese en Aminozuur
Anabolisme
Anabolisme is, binnen het organisme, het fysiologische proces waarbij via synthese van complexe moleculen (biopolymeren als cellulose en eiwitten) uit kleine biomoleculen (monomeren) celmateriaal wordt gevormd.
Bekijken Eiwitsynthese en Anabolisme
Autotroof
varen Autotrofe organismen zijn organismen die CO2 gebruiken als bron van koolstof voor hun cellen.
Bekijken Eiwitsynthese en Autotroof
Cel (biologie)
Rode uicellen onder een microscoop. Levende cellen met gekleurde vacuole, afgestorven met kleurloze vacuole, luchtbel met dikke zwarte rand In de biologie is de cel het kleinste onderdeel van een organisme dat alle genetische informatie van dat organisme bevat.
Bekijken Eiwitsynthese en Cel (biologie)
Celkern
mitochondriën oranje en het cytoskelet groen. De celkern of nucleus is het door een membraan omsloten deel van een cel waarin het genetisch materiaal (DNA) is opgeslagen.
Bekijken Eiwitsynthese en Celkern
Codon
Een codon of triplet is een drietal basen (adenine, cytosine, guanine of uracil) in mRNA die de genetische code in zich dragen.
Bekijken Eiwitsynthese en Codon
Condensatiereactie
Een condensatiereactie is een chemische reactie, waarbij relatief eenvoudige organische moleculen (monomeren) met elkaar reageren tot grotere moleculen: dimeren, oligomeren of polymeren.
Bekijken Eiwitsynthese en Condensatiereactie
Cytoplasma
Het cytoplasma is de volledige inhoud van een cel, met uitzondering van de celkern.
Bekijken Eiwitsynthese en Cytoplasma
Cytosine
Cytosine is een van de nucleobasen in DNA en RNA.
Bekijken Eiwitsynthese en Cytosine
Eiwitcomplex
Een eiwitcomplex is een samengaan van meerdere eiwitten.
Bekijken Eiwitsynthese en Eiwitcomplex
Eiwitstructuur
De eiwitstructuur of proteïnestructuur is de ruimtelijke moleculaire structuur van een eiwitmolecuul.
Bekijken Eiwitsynthese en Eiwitstructuur
Eiwitten
α-helices toont Eiwitten of proteïnen vormen een grote klasse van biologische moleculen, die bestaan uit polymere ketens van aminozuren.
Bekijken Eiwitsynthese en Eiwitten
Eiwitvouwing
Eiwit voor en na vouwing De verschillende structuren van een eiwit van primair naar quaternair Eiwitvouwing of eiwitopvouwing (Engels: protein folding) is het proces waarbij een specifiek eiwitmolecuul verondersteld wordt zijn driedimensionale functionele vorm of conformatie aan te nemen.
Bekijken Eiwitsynthese en Eiwitvouwing
Endoplasmatisch reticulum
Het endoplasmatisch reticulum (ER) of reticulum endoplasmaticumInternational Committees on Veterinary Gross Anatomical Nomenclature, Veterinary Histological Nomenclature, & Veterinary Embryological Nomenclature (1994).
Bekijken Eiwitsynthese en Endoplasmatisch reticulum
Eukaryoten
Eukaryoten (Eukaryota) zijn een van de drie domeinen waarin de huidige biologische wetenschap het leven indeelt.
Bekijken Eiwitsynthese en Eukaryoten
Fysiologie
Fysiologie is de biologische wetenschap die de levensverrichtingen (zoals de stofwisseling) van organismen bestudeert.
Bekijken Eiwitsynthese en Fysiologie
Genetische code
De genetische code beschrijft hoe mRNA wordt gelezen om een eiwit te vormen.
Bekijken Eiwitsynthese en Genetische code
Golgicomplex
Het golgicomplexEverdingen, J.J.E. van, Eerenbeemt, A.M.M. van den (2012).
Bekijken Eiwitsynthese en Golgicomplex
Guanine
Guanine is een van de nucleobasen in DNA en RNA.
Bekijken Eiwitsynthese en Guanine
Haar (zoogdier)
Menselijke haar (de foto bestrijkt een rechthoek van 600µm x 400µm) Haar is een uitgroeisel van de opperhuid.
Bekijken Eiwitsynthese en Haar (zoogdier)
Hemoglobine
Hemoglobine (Hb) is een gespecialiseerd eiwit dat het transport van zuurstof (O2) en koolstofdioxide (CO2) door het bloed van veel dieren verzorgt.
Bekijken Eiwitsynthese en Hemoglobine
Heterotroof
Een organisme is een heterotroof organisme als het zijn celmateriaal opbouwt uit voedingsstoffen die het betrekt uit organische stoffen, stoffen afkomstig van andere organismen.
Bekijken Eiwitsynthese en Heterotroof
Hydrolyse
Hydrolyse van een amide tot een carbonzuur en een amine Hydrolyse is de splitsing van een chemische binding onder opname van een molecuul water.
Bekijken Eiwitsynthese en Hydrolyse
Keratine
Microscopisch beeld van met een kleurstof bewerkt keratine Keratine is een eiwit dat als een structuurelement voorkomt bij dieren en is een klassiek voorbeeld van een vezeleiwit.
Bekijken Eiwitsynthese en Keratine
Kernporie
Een kernporie is een groot complex van eiwitten, ook wel het kernporiecomplex genoemd, die een opening vormen in het kernmembraan van een celkern.
Bekijken Eiwitsynthese en Kernporie
Messenger-RNA
mRNA-structuur Messenger-RNA (mRNA), boodschapper-RNA, speelt een centrale rol in het tot expressie brengen van genetische informatie.
Bekijken Eiwitsynthese en Messenger-RNA
Nagel (anatomie)
Een nagel is de harde bescherming die de mens of dier heeft op de bovenzijde van een vingertop, teen, nagels van een klauw of de buitenkant van de hoef.
Bekijken Eiwitsynthese en Nagel (anatomie)
Nucleobase
De voorstelling van de waterstofbrugvorming tussen adenine en thymine De voorstelling van de waterstofbrugvorming tussen cytosine en guanine Een nucleobase is een base die als onderdeel van RNA en DNA samen met een andere nucleobase een basenpaar kan vormen.
Bekijken Eiwitsynthese en Nucleobase
Organel
Een organel is een gespecialiseerd onderdeel van een eukaryotische cel met een bepaalde functie.
Bekijken Eiwitsynthese en Organel
Organisme
taal.
Bekijken Eiwitsynthese en Organisme
Polycondensatie
(Poly)condensatie is de herhaalde condensatiereactie (chemische aaneenrijging) van kleine organische verbindingen (monomeren) tot grote organische moleculen (polymeren), telkens onder afsplitsing van een klein molecuul.
Bekijken Eiwitsynthese en Polycondensatie
Posttranslationele modificatie
Posttranslationele modificatie (PTM) verwijst naar de covalente wijziging van een eiwit tijdens, of na de eiwitsynthese.
Bekijken Eiwitsynthese en Posttranslationele modificatie
Ribosoom
Het ribosoom is een moleculair complex van eiwitten en ribosomaal RNA (rRNA) dat de centrale plaats vormt van eiwitsynthese.
Bekijken Eiwitsynthese en Ribosoom
Rode bloedcel
Rode bloedcellen Osmotische drukverschillen bij rode bloedcellen Rode bloedcellen of erytrocyten zijn bloedcellen die, dankzij het transporteiwit hemoglobine dat hun hoofdbestanddeel vormt, via het bloed zorgen voor het transport van zuurstof en koolstofdioxide, tussen de longen en de andere weefsels in het lichaam.
Bekijken Eiwitsynthese en Rode bloedcel
Sequentie (biologie)
In de biologie is een sequentie de eendimensionale volgorde van monomeren in een biopolymeer, bijvoorbeeld de volgorde van nucleotiden in een DNA- of RNA-molecuul, of de volgorde van aminozuren in een eiwit.
Bekijken Eiwitsynthese en Sequentie (biologie)
Spijsvertering
Perzische prent van het spijsverteringsstelsel anus Spijsvertering of digestie is een fysiologisch proces, waarbij ingenomen voedsel (spijs) met mechanische en biochemische middelen wordt verwerkt tot stoffen die door het lichaam kunnen worden opgenomen.
Bekijken Eiwitsynthese en Spijsvertering
Startcodon
UTR)) geflankeerd, die ook naar het mRNA overgeschreven worden. Een startcodon is een specifiek codon van het DNA of mRNA.
Bekijken Eiwitsynthese en Startcodon
Stopcodon
UTR)) geflankeerd, die ook naar het mRNA overgeschreven worden. Een stopcodon of terminatorcodon, ook nonsense-codon is een specifiek codon van het DNA of mRNA.
Bekijken Eiwitsynthese en Stopcodon
Transcriptie (biologie)
Transcriptie is het biologische proces waarbij de nucleotidevolgorde van een stuk DNA naar messenger-RNA (mRNA) wordt overgeschreven.
Bekijken Eiwitsynthese en Transcriptie (biologie)
Translatie (biologie)
De productie van een polypeptide op basis van de genetische code in het mRNA binnen een ribosoom Translatie is het biologische proces waarbij de eiwitcoderende sequentie van een mRNA-molecuul gebruikt wordt voor de synthese van een eiwit.
Bekijken Eiwitsynthese en Translatie (biologie)
Uracil
Uracil is een van de vier nucleobasen in het RNA.
Bekijken Eiwitsynthese en Uracil
Voedsel
Voedsel is in de biologie voornamelijk organisch materiaal: materiaal, afkomstig van andere organismen, waaruit heterotrofe organismen hun voedingsstoffen betrekken.
Bekijken Eiwitsynthese en Voedsel
Zie ook
Proteïne
- CA 125
- Carboxypeptidase
- Co-activator
- Cycline
- Eiwitsynthese
- Eiwitten
- Flavoproteïne
- Formylering
- Fycoërytrine
- Fytohemagglutinine
- Gorgonine
- Hemolithine
- Histon (eiwit)
- Laccase
- Lectine
- Ligand (biochemie)
- N-terminus
- OCA2
- Osteoïd
- P53 (eiwit)
- Peptidehormoon
- Perforine
- Prion
- Proliferating cell nuclear antigen
- Protamine
- Proteasoom
- RNA-polymerase I
- RNA-polymerase II
- RNA-polymerase III
- Ricine
- Ruw eiwit
- TATA-bindingsproteïne
- TRIM5α
- Tau-eiwit
- Tetanospasmine
- Ubiquitine
- Zenuwgroeifactor
Ook bekend als Eiwitbiosynthese, Proteïne biosynthese, Proteïnebiosynthese.