We werken aan het herstellen van de Unionpedia-app in de Google Play Store
UitgaandeInkomende
🌟We hebben ons ontwerp vereenvoudigd voor betere navigatie!
Instagram Facebook X LinkedIn

Zaadlob

Index Zaadlob

Een zaadlob, kiemlob of cotyl (meervoud: cotylen, uitspraak y als) kan gezien worden als het eerste blaadje van een kiemplant.

Inhoudsopgave

  1. 23 relaties: Aleppoden, Assimilatie (biochemie), Blad, Catafyl, Chloroplast, Den (geslacht), Eenzaadlobbigen, Eiwitten, Endosperm, Fotosynthese, Groei (fysiologie), Hypocotyl, Kieming, Kiemplant, Lipide, Naaktzadigen, Raapstelen, Reservestof, Sperzieboon, Tweezaadlobbigen, Zaad (plant), Zaadplanten, Zetmeel.

Aleppoden

De aleppoden (Pinus halepensis) is een boom uit de dennenfamilie (Pinaceae).

Bekijken Zaadlob en Aleppoden

Assimilatie (biochemie)

Assimilatie is een biochemisch proces waarbij een organische verbinding wordt opgebouwd uit eenvoudigere organische verbindingen of uit anorganische stoffen, met name koolstofdioxide en water.

Bekijken Zaadlob en Assimilatie (biochemie)

Blad

Diversiteit in bladmorfologie bij zaadplanten (spermatofyten) Een blad is een dun, bovengronds orgaan dat gewoonlijk aan de stengels of takken van zaadplanten en varens groeit.

Bekijken Zaadlob en Blad

Catafyl

knop van de amberboom. Een catafyl (Oudgrieks: κατά/kata.

Bekijken Zaadlob en Catafyl

Chloroplast

Bladschijfcellen met chloroplasten van het mos ''Plagomnium affine''. Chloroplasten (Oudgrieks: χλωρός, khlōrós, "groen" en πλαστός, plastós, "gevormd") of bladgroenkorrels, zijn groene plastiden, die voorkomen in de cellen van veel soorten planten, algen en bepaalde micro-organismen.

Bekijken Zaadlob en Chloroplast

Den (geslacht)

Den (botanische naam: Pinus) is een geslacht van naaldbomen uit de dennenfamilie (Pinaceae).

Bekijken Zaadlob en Den (geslacht)

Eenzaadlobbigen

De eenzaadlobbigen, ook wel Monocotyledones of monocotylen genoemd, zijn een omvangrijke groep van planten.

Bekijken Zaadlob en Eenzaadlobbigen

Eiwitten

α-helices toont Eiwitten of proteïnen vormen een grote klasse van biologische moleculen, die bestaan uit polymere ketens van aminozuren.

Bekijken Zaadlob en Eiwitten

Endosperm

Endosperm of kiemwit is de verzamelterm voor het weefsel in de zaden van zaadplanten, dat vaak een rol speelt bij de opslag van reservestoffen ten behoeve van de kieming, de groei van het embryo en van de jonge plant.

Bekijken Zaadlob en Endosperm

Fotosynthese

Fotosyntheseformule Fotosynthese (ook: koolstofdioxide-, koolzuur- of koolstofassimilatie) is een vorm van biosynthese, waarbij energie uit zonlicht wordt gebruikt om gasvormig koolstofdioxide om te zetten in de vaste stof glucose.

Bekijken Zaadlob en Fotosynthese

Groei (fysiologie)

Groei en ontwikkeling is, binnen een organisme, de toename van het aantal cellen (celdeling), van de grootte van cellen, en van het aantal verschillende soorten cellen (celdifferentiatie).

Bekijken Zaadlob en Groei (fysiologie)

Hypocotyl

Kiemplant van mais Het hypocotyl is het deel van de stengel binnen een kiemplant dat zich onder de zaadlobben bevindt.

Bekijken Zaadlob en Hypocotyl

Kieming

Kiemende sporen van gewoon krulmos (''Funaria hygrometrica''). Time lapse van zonnebloemen met doorsnede van de bodem. Laat zien hoe wortels en bovenste deel van plant groeien. Kieming of ontkieming is bij zaadplanten het proces waarbij het in een zaad aanwezige embryo of kiem door de zaadhuid heenbreekt en vervolgens tot een kiemplant uitgroeit.

Bekijken Zaadlob en Kieming

Kiemplant

Een kiemplant is een jonge plant (sporofyt), die zich ontwikkelt uit het embryo in het zaad.

Bekijken Zaadlob en Kiemplant

Lipide

virussen Lipiden of lipoïden zijn vetten en vetachtige stoffen die in de biochemie een belangrijke rol spelen.

Bekijken Zaadlob en Lipide

Naaktzadigen

van links naar rechts takje met vrouwelijke strobuli; vrouwelijke strobilus en daaronder een zaadschub met zaadknoppen van boven; overlangse doorsnede van vrl. strobilus; tak met mannelijke strobuli; vrl. kegel; onder elkaar pollenkorrel, gevleugeld zaad en microsporofyl; mnl. strobi;us en er onder een microsporofyl; rechtsboven 2 pollenkorrels Mannelijke strobilus van een palmvaren (''Cycas spec.'') De naaktzadigen (gymnospermen, botanische naam Gymnospermae) vormen een groep planten, die niet gekarakteriseerd wordt door een gezamenlijke ontstaansgeschiedenis.

Bekijken Zaadlob en Naaktzadigen

Raapstelen

Raapstelen of bladmoes is een snel groeiende groente waarvan het jonge blad en de bladstelen in het voorjaar gegeten worden.

Bekijken Zaadlob en Raapstelen

Reservestof

Reservestoffen bij planten zijn de benodigde stoffen voor de groei en ontwikkeling van het planten-embryo, en vervolgens voor de kieming en de groei van de jonge plant.

Bekijken Zaadlob en Reservestof

Sperzieboon

miniatuur Sperziebonen Stoksperziebonen De sperzieboon – ook wel prinsessenboon, slaboon, herenboon, breekboon of haricot vert genoemd – is een peulvrucht uit de vlinderbloemenfamilie.

Bekijken Zaadlob en Sperzieboon

Tweezaadlobbigen

Tweezaadlobbige kiemplanten van Bladmoes Tweezaadlobbigen of dicotylen zijn planten die samen met de eenzaadlobbigen of monocotylen de bloemplanten of bedektzadigen vormen.

Bekijken Zaadlob en Tweezaadlobbigen

Zaad (plant)

Een zaad is het belangrijkste overlevingsorgaan bij zaadplanten.

Bekijken Zaadlob en Zaad (plant)

Zaadplanten

Zaadplanten of Spermatofyta (ook wel fanerogamen of Phanerogamae) zijn heterospore vaatplanten die gekenmerkt worden door het bezit van zaadknoppen.

Bekijken Zaadlob en Zaadplanten

Zetmeel

bindmiddel (maizenapapje) Slemptafel Slempgoten van een aardappelmeelfabriek Zetmeel (molecuulformule: (C6H10O5)n) is een complex koolhydraat (sacharide): een polymeer (polysacharide) van glucose dat in de natuur dient als voedselreserve voor planten.

Bekijken Zaadlob en Zetmeel

Ook bekend als Cotyl, Kiemlob, Zaadlobben.