Inhoudsopgave
2 relaties: Korrelgrootte (sediment), Kristalliet.
Korrelgrootte (sediment)
Een 'zandliniaal'. Dit is een plastic schijf met cellen waarin (los) zand van verschillende korrelgrootten is opgesloten. De schijf wordt gebruikt voor het schatten van korrelgrootten (vooral in het veld). Aanwezige korrelgrootten: 16, 50, 75, 105, 150, 210, 300, 420, 600, 1000, 1400, 2000 micrometer (NB deze grenzen zijn niet meer in gebruik) De korrelgrootte of textuur is in de aardwetenschappen de diameter van de klasten in een sediment, bodem of sedimentair gesteente.
Bekijken Korrelgrootte en Korrelgrootte (sediment)
Kristalliet
Microstructuur van VT22 (Ti5Al5Mo5V1,5Cr) na een warmtebehandeling. De korrels (grijs) en korrelgrenzen (zwart) zijn duidelijk zichtbaar op deze schaal. zinkkorrels. Het verschil in de kristaloriëntaties onderscheidt de korrels van elkaar Twee korrels (oranje en blauw) met een eigen kristaloriëntatie grenzen aan elkaar op een korrelgrens (groen en open delen).
Bekijken Korrelgrootte en Kristalliet