Inhoudsopgave
7 relaties: Bekken (anatomie), Dijbeen, Evenhoevigen, Heupgewricht, Heupkom, Schaambeen, Spier (anatomie).
Bekken (anatomie)
1.
Bekijken Musculus obturatorius internus en Bekken (anatomie)
Dijbeen
Het dijbeen of het femur, is het langste, grootste en sterkste bot van het menselijke lichaam.
Bekijken Musculus obturatorius internus en Dijbeen
Evenhoevigen
Evenhoevigen (Artiodactyla) zijn een orde van zoogdieren.
Bekijken Musculus obturatorius internus en Evenhoevigen
Heupgewricht
Het heupgewrichtBroek, A.J.P. van den, Boeke, J & Barge, J.A.J (1954).
Bekijken Musculus obturatorius internus en Heupgewricht
Heupkom
1.
Bekijken Musculus obturatorius internus en Heupkom
Schaambeen
Het schaambeen of os pubis vormt samen met het zitbeen, os ischii, en darmbeen, os ilium, door volledige onderlinge vergroeiing het heupbeen, os coxae.
Bekijken Musculus obturatorius internus en Schaambeen
Spier (anatomie)
Overlangs aangesneden dwarsgestreepte spiercellen Gladde spiercellen Een spier (Latijn: musculus) is een weefselstructuur van cellen die de eigenschap hebben te kunnen samentrekken (contraheren) waardoor spiercontractie (beweging) mogelijk is.