Inhoudsopgave
19 relaties: Abstracte syntaxis, Call stack, Compiler, Computerprogramma, Dode code, GNU Compiler Collection, Instructie (computer), Interne representatie, Machinetaal, Parser, Pipeline-architectuur, Processor (computer), Redundante code, Registergeheugen, Repetitie (informatica), Staartrecursie, Subprogramma, Uitdrukking (programmeren), Variabele (informatica).
Abstracte syntaxis
Abstracte syntaxis is een representatie van gegevens, vaak een bericht dat over een communicatiekanaal wordt verstuurd of een computerprogramma dat wordt gecompileerd, die onafhankelijk is van de datastructuur en coderingen, die zelf wel van de gebruikte computer afhangen, en ook van de werkelijke representatie van de gegevens, in het geval van compileren de concrete syntaxis genoemd en bij communicatie de transfersyntaxis.
Bekijken Optimalisatie (compiler) en Abstracte syntaxis
Call stack
Een call stack (ook wel control stack of run-time stack genoemd) is een datastructuur (een ''stack'' of stapel) die in het geheugen van een computer wordt bijgehouden tijdens de uitvoering van een programma.
Bekijken Optimalisatie (compiler) en Call stack
Compiler
Een compiler (letterlijk samensteller of opbouwer) is een computerprogramma dat een in een brontaal geschreven programma vertaalt in een semantisch equivalent programma in een doeltaal.
Bekijken Optimalisatie (compiler) en Compiler
Computerprogramma
Een computerprogramma is een opeenvolging van instructies met als doel om een specifieke taak met een computer uit te voeren.
Bekijken Optimalisatie (compiler) en Computerprogramma
Dode code
In de broncode van computerprogramma's verwijst dode code of onbereikbare code naar stukken code die nooit uitgevoerd (kunnen) worden maar wel in de broncode aanwezig zijn.
Bekijken Optimalisatie (compiler) en Dode code
GNU Compiler Collection
Compileren met GCC (klik om te vergroten) GCC, wat staat voor GNU Compiler Collection is een verzameling compilers, die onder de GPL wordt verspreid door de Free Software Foundation.
Bekijken Optimalisatie (compiler) en GNU Compiler Collection
Instructie (computer)
In de informatica is een instructie een enkele bewerking die door de processor wordt uitgevoerd.
Bekijken Optimalisatie (compiler) en Instructie (computer)
Interne representatie
Een interne representatie (vaak intermediate representation genoemd), afgekort IR, is een concept uit de informatica.
Bekijken Optimalisatie (compiler) en Interne representatie
Machinetaal
ASCII-representatie van de bytes. Het laatste maakt het makkelijk stukken leesbare tekst in het computerprogramma te herkennen. Machinetaal is een taal waarin instructies geschreven zijn die de processor van een computer direct kan uitvoeren.
Bekijken Optimalisatie (compiler) en Machinetaal
Parser
Een parser (van het Engelse to parse, ontleden, en het Latijnse pars, deel) is een computerprogramma, of component van een programma, dat de grammaticale structuur van een invoer volgens een vastgelegde grammatica ontleedt (parset).
Bekijken Optimalisatie (compiler) en Parser
Pipeline-architectuur
Een pipeline-architectuur is een methode in de digitale logica waarbij een operatie die meerdere losse bewerkingen vereist op een instructie (of een ander gegeven) zodanig te construeren dat elke losse bewerking niet hoeft te wachten op de vorige bewerking, maar dat elke losse bewerking onafhankelijk kan werken op een instructie, zodat alle andere bewerkingen niet werkeloos hoeven te wachten.
Bekijken Optimalisatie (compiler) en Pipeline-architectuur
Processor (computer)
DEC Alpha AXP 21064-microprocessor Een processor, ook wel bekend als CPU (Engels: central processing unit) of in het Nederlands centrale verwerkingseenheid (cve) genoemd, is een stuk hardware in een computer dat instaat voor basisbewerkingen en -controle bij het uitvoeren van programmacode.
Bekijken Optimalisatie (compiler) en Processor (computer)
Redundante code
Redundante code, of overbodige code, is overbodige broncode in een computerprogramma die wel uitgevoerd wordt maar geen of weinig invloed heeft op de uitvoer ervan.
Bekijken Optimalisatie (compiler) en Redundante code
Registergeheugen
Registergeheugen is intern geheugen dat gebruikt wordt in processors om waarden op te slaan waar de processor direct toegang toe moet hebben om zijn werk te kunnen voltooien.
Bekijken Optimalisatie (compiler) en Registergeheugen
Repetitie (informatica)
Een repetitie in de zin van de informatica, meestal loop (spreek uit loep) en soms lus genoemd, is een constructie in een programmeertaal waarmee een of meer statements herhaald uitgevoerd worden.
Bekijken Optimalisatie (compiler) en Repetitie (informatica)
Staartrecursie
Een staartrecursie (Engels: tail recursion) is een programmeerconcept in de informatica.
Bekijken Optimalisatie (compiler) en Staartrecursie
Subprogramma
In de informatica is een subprogramma of subroutine (soms ook functie, procedure of routine genoemd) een duidelijk afgebakend programmablok met een eigen naam binnen een computerprogramma, dat elders in het programma aangeroepen (uitgevoerd) kan worden.
Bekijken Optimalisatie (compiler) en Subprogramma
Uitdrukking (programmeren)
In programmeertalen is een uitdrukking of expressie een combinatie van waarden, variabelen, operatoren en functies die geïnterpreteerd (geëvalueerd) worden volgens bepaalde regels (zoals de operator prioriteit) en vervolgens uitgerekend om een bepaalde waarde op te leveren.
Bekijken Optimalisatie (compiler) en Uitdrukking (programmeren)
Variabele (informatica)
Een variabele is een term uit de informatica die gebruikt wordt in verband met programmeren.
Bekijken Optimalisatie (compiler) en Variabele (informatica)
Ook bekend als Compileroptimalisatie, Peephole optimalisatie.