Inhoudsopgave
19 relaties: Agglutinatie (taalkunde), Analytische taal, Bijvoeglijke bepaling, Congruentie (taal), Declinatie (taalkunde), Enkelvoud, Geslacht (taalkunde), Grammatica, Meervoud (taal), Morfologie (taalkunde), Naamval, Naamwoord, Paradigma (taalkunde), Synthetische taal, Taalfamilie, Taaltypologie, Vervoeging, Voornaamwoord, Werkwoord.
- Morfologie (taalkunde)
Agglutinatie (taalkunde)
Agglutinatie is een morfologisch verschijnsel waarbij affixen zoals achtervoegsels aan een woord worden toegevoegd om de betekenis ervan verder te specificeren.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Agglutinatie (taalkunde)
Analytische taal
Een analytische taal is een taal waar verreweg de meeste, zo niet alle morfemen in de grammatica als zelfstandige woorden optreden.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Analytische taal
Bijvoeglijke bepaling
Een bijvoeglijke bepaling of attribuut is in de taalkunde een woordgroep die iets zegt over een direct volgend of voorafgaand element, meestal een zelfstandig naamwoord.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Bijvoeglijke bepaling
Congruentie (taal)
Congruentie is het verschijnsel dat woorden of woordgroepen kenmerken van andere woorden of woordgroepen overnemen.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Congruentie (taal)
Declinatie (taalkunde)
In de taalkunde is een declinatie of verbuiging het veranderen van de vorm van een woord (tenzij een werkwoord) om de grammaticale functies van dat woord in het zinsverband aan te duiden.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Declinatie (taalkunde)
Enkelvoud
Het begrip enkelvoud of singularis betekent in de taalkunde dat in een taaluiting hetzij een bepaalde zaak in één exemplaar voorkomt, hetzij het aantal niet van belang is.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Enkelvoud
Geslacht (taalkunde)
Geslacht, grammaticaal geslacht, woordgeslacht of genus is de traditionele verdeling van zelfstandige naamwoorden in vrouwelijke, mannelijke en onzijdige woorden.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Geslacht (taalkunde)
Grammatica
Grammaticaboekje uit 1735. De spraakkunst, spraakleer of grammatica is binnen de theoretische taalkunde de benaming voor de studie, beschrijving en verklaring voor alles dat met de systematiek van een natuurlijke taal of kunsttaal te maken heeft.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Grammatica
Meervoud (taal)
In de meeste talen is het meervoud een belangrijke exponent van de grammaticale categorie getal.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Meervoud (taal)
Morfologie (taalkunde)
Morfologie of vormleer is, binnen de taalkunde, de leer van de woordstructuur en de woordvorming.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Morfologie (taalkunde)
Naamval
Een naamval of casus is een middel waarmee de grammaticale functie van een lidwoord, naamwoord of voornaamwoordEr is onder taalkundigen echter geen consensus dat de verbogen vormen van persoonlijke voornaamwoorden tevens onder de noemer van naamval vallen.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Naamval
Naamwoord
Een naamwoord is een woordsoort dat een persoon of zaak noemt, bepaalt of aanduidt.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Naamwoord
Paradigma (taalkunde)
In de taalkunde is paradigma de benaming voor een groep verschijningsvormen van een of meer woorden die tot op zekere hoogte als alternatieven voor elkaar kunnen worden beschouwd.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Paradigma (taalkunde)
Synthetische taal
Een synthetische taal is in de morfologische taaltypologie strikt genomen elke taal waarin morfemen voorkomen, maar over het algemeen wordt de term "synthetisch" alleen gebruikt voor talen waarin de morfemen ook als porte-manteaumorfemen kunnen voorkomen, dat wil zeggen meer dan één betekenis kunnen hebben.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Synthetische taal
Taalfamilie
Een taalfamilie is de meest gebruikelijke klasse waarbinnen talen van de wereld kunnen worden ingedeeld.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Taalfamilie
Taaltypologie
Taaltypologie is in de systematische taalkunde de overkoepelende term voor de studie van alles wat te maken heeft met de overeenkomsten en verschillen tussen talen onderling en taalfamilies.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Taaltypologie
Vervoeging
Vervoeging of conjugatie is het veranderen van de vorm van een werkwoord om de tijd, persoon, genus, modus of aspect aan te geven.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Vervoeging
Voornaamwoord
Het voornaamwoord of pronomen is een woord dat verwijst naar een zelfstandig onderwerp (iets of iemand) zonder het bij name te noemen.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Voornaamwoord
Werkwoord
Het werkwoord (Latijn: verbum) is een woordsoort die in bijna alle talen van de wereld samen met het subject (onderwerp) en eventueel een of meer objecten (voorwerpen) de basis vormt van een zin.
Bekijken Flexie (taalkunde) en Werkwoord
Zie ook
Morfologie (taalkunde)
- Ablaut
- Afleiding (taalkunde)
- Allomorf
- Alternantie (taalkunde)
- Augment (taalkunde)
- Bgadkfat
- Causatief
- Conversie (taalkunde)
- Declinatie (taalkunde)
- Deflexie (taalkunde)
- Dvandva
- Elatief (gradatie)
- Flexie (taalkunde)
- Fortitie
- Geslacht (taalkunde)
- Grammaticale markeerder
- Grammatische wisseling
- Inhoudswoord
- Leemte in de taal
- Lenitie
- Medeklinkermutatie
- Meertalige woordspeling
- Metanalyse
- Morfofonologie
- Morfologie (taalkunde)
- Morfologische typologie
- Naamwoord
- Nivellering (taalkunde)
- Nominale klasse
- Onverbogen woord
- Perifrase (taalkunde)
- Pluractionaliteit
- Productiviteit (taalkunde)
- Radicaal (Semitische taal)
- Ras-syndroom
- Rechterhandhoofdregel
- Reduplicatie
- Retrograde vorming
- Samenstelling (taalkunde)
- Sterk werkwoord
- Substantivering
- Suppletie (taalkunde)
- Syncretisme (taalkunde)
- Vergrootwoord
- Verkleinwoord
- Woordvorming
- Zwak werkwoord
Ook bekend als Inflectie.